Blowen
“Ja wel meer, paar keer per week, meestal wel elke dag…” Hij kijkt naar beneden en haalt in een snelle beweging zijn lok uit z’n gezicht. Even een kort blik boven zijn wenkbrauwen uit naar mij. Hij is zichtbaar niet trots op zijn blowgedrag.
“Het haalt me even weg van het gewone leven, school en zo.” Voor-eindexamenklas, Corona, niet regelmatig kunnen sporten zijn the ususal suspects van hoe hij nu in het leven staat. Ik vraag mij af of hij ook zoveel had geblowd als Corona er niet zou zijn geweest, ik denk van niet. Daarnaast is een andere reden voor zijn blowgedrag zijn sensitiviteit. Hij is zich heel bewust van zichzelf, zijn gevoelens én de gevoelens van de ander. Alert op dingen die gezegd worden maar niet kloppen, niet uit het hart komen. Of dingen die niet gezegd worden maar wel gevoeld worden. Zijn lijf geeft hem signalen (“alsof mijn keel dicht zit”) maar hij heeft er nog geen woorden voor en als hij dat wel heeft en durft te delen, is er niet altijd een klankbord. Deels ook omdat volwassenen deze taal van het hart niet spreken.
“Het is alsof ik vast zit in een systeem, een slechte game of zo…”. Dan is een jointje heel rustgevend, zakken in niks, geen begrenzing voelen. Ik ben pas veel later in mijn leven er achter gekomen dat ik sensitief ben (dit zijn we overigens allemaal, de een wat meer dan de ander) en kon toen ik mij daar bewust van werd, veel dingen beter plaatsen. Waarom ik als puber bijvoorbeeld nooit begreep waarom iedereen zich anders voordeed dan hij/zij was. En dat ik in een groep liever wat meer ‘aan de rand’ sta. Of mijn lijf dat toen al signalen gaf met destijds onverklaarbare klachten als obstipatie waar ik best wel vieze soort van dadel-vijg-rozijnen ‘repen’ voor moest eten. Gevoelens die er niet uit konden, zich naar binnen toe richtten en opstapelden. Een jong mens, nee elk mens, moet ook uitgenodigd worden om zich te uiten.
Deze jongere is niet de enige. Maar dat denken ze soms wel wat een gevoel van je alleen voelen met zich meebrengt, of je anders voelen. Of het wegwuiven van hetgeen je observeert zoals deze cliënt zei over een boute uitspraak van zijn stiefvader “Hij bedoelt het niet zo weet je…” Om een positief punt te benoemen is dat deze laat ik ze lichtpuntjes noemen, prachtige spiegels zijn voor hun ouders (en alle andere mensen om zich heen). Ze schijnen hun licht daar waar het niet klopt. Waar niet de waarheid wordt geleefd. Waar iets geheeld mag worden. En ja, dat is best confronterend - ik weet er alles van…
Wat zou je komende twee weken anders kunnen doen, meer of minder van willen? vroeg ik hem. Hij keek even naar boven om zijn hersens te checken voor een antwoord en zei voorzichtig “Misschien niet elke dag blowen of zo...” Hoe ziet dat er uit, wat stel je voor? vroeg ik hem - met als gedachte dat hij bijvoorbeeld de maandagen overslaat als goed begin van de week. “Ehm, om de dag…?” zei hij voorzichtig en keek mij aan. Een beter voorstel dan ik had bedacht! Goed plan, zei ik, en bedoel je dit voor de hele week of alleen voor door-de-week? checkte ik om het zo concreet mogelijk - en haalbaar - te maken. “Ehm...” stamelde hij, zich bewust wordend van wat hij had voorgesteld als ‘huiswerk’ voor zichzelf. Dat zou betekenen óf vrijdag óf zaterdag niet blowen. “Ik denk dan om de dag maar het weekend gewoon wel…” Goed plan, zei ik tegen hem en herhaalde het nog even. Een eerste stap is gezet en ik heb er vertrouwen in.